Medici, biologen en andere wetenschappers op het gebied van natuur- en levenswetenschappen maken soms gebruik van ziekteverwekkende micro-organismen in hun onderzoek en bij de ontwikkeling van producten voor goedbedoelde toepassingen. Wanneer hetzelfde onderzoek of productontwikkeling ook kan worden toegepast of ingezet om mens, dier of milieu te bedreigen of te beschadigen, heet dat ‘dual-use research’.
Het begrip "dual-use" betekent dat kennis, informatie, methoden, producten of technologieën die worden ontwikkeld voor vreedzame en legitieme doeleinden, misbruikt kunnen worden voor schadelijke doeleinden. In het geval van onderzoek spreekt men van “dual-use research”. Dual-use research verwijst naar goedbedoeld onderzoek dat ook misbruikt kan worden.
Dual-use research dat slechts minimale of geen aanpassingen vereist om te kunnen worden misbruikt, wordt ‘dual-use research of concern’ (DURC) genoemd. Slechts een deel van het dual-use onderzoek is dual-use research of concern. De verschillende begrippen die te maken hebben met dual-use en exportcontrole worden in deze animatie uitgelegd.
In 2007 heeft de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW) in opdracht van het ministerie van OCW (Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen) (Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen) de gedragscode biosecurity opgesteld. Deze gedragscode heeft tot doel bewustwording te creëren over de risico's van het werken met hoogrisico pathogenen. In 2013 is het adviesrapport "Bouwen aan Biosecurity. Beoordelen van dual-use-onderzoek" gepubliceerd. Deze documenten bevatten gedragscodes en richtlijnen voor wetenschappers en organisaties over hoe om te gaan met dual-use onderzoek.
Om onderzoek, technologieën en kennis met mogelijke dual-use eigenschappen te identificeren en bijbehorende risico’s te beheersen zonder de mogelijke voordelen van dit onderzoek te belemmeren, kan de Dual-Use Quickscan worden gebruikt. Bureau Biosecurity heeft de Dual-Use Quickscan ontwikkeld voor onderzoekers om potentiële dual-use risico's van onderzoek te herkennen en in kaart brengen. Deze tool vormt de eerste stap in het proces van dual-use beoordeling en draagt bij aan het vergroten van de bewustwording van dual-use bij onderzoekers.
Gedragscode Biosecurity
De gedragscode Biosecurity is opgesteld door de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW) en is gericht op het voorkomen van misbruik van biologische agentia en toxinen.
In opdracht van het ministerie van OCW (Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen) (Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen) heeft de KNAW de gedragscode Biosecurity op laten stellen door de speciaal daarvoor geformeerde Werkgroep Biosecurity. De gedragscode is erop gericht om te voorkomen dat wetenschappelijk onderzoek, of de toepassing daarvan, kan bijdragen aan misbruik van biologische agentia. Hierbij gaat het om bewustwording van medewerkers van de mogelijke risico's van het misbruik van levenswetenschappelijke kennis. De gedragscode is bedoeld voor organisaties, instellingen en bedrijven die werken met of te maken hebben met risicovolle biologische agentia.
In de code staan gedragsregels geformuleerd betreffende:
• Bewustmaking;
• Onderzoek en publicatiebeleid;
• Signalering en waakzaamheid;
• Interne en externe communicatie;
• Toegankelijkheid;
• Verzending en transport.
Meer informatie:
KNAW advies ‘Bouwen aan Biosecurity’
Het KNAW-advies 'Bouwen aan Biosecurity' is opgesteld naar aanleiding van het H5N1-debat. Een belangrijke aanbeveling in het advies is dat wetenschappers en veiligheidsdeskundigen in een vroeg stadium met elkaar in gesprek moeten gaan om de risico's af te wegen.
Na het H5N1-debat heeft de staatssecretaris van OCW (Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen) (Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen) de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW) gevraagd om advies over hoe om te gaan met dual-use research, oftewel wetenschappelijk onderzoek dat op twee manieren kan worden gebruikt. Het advies richt zich op de volgende hoofdvragen:
1. Hoe kunnen we een oordeel vellen over dual-use research?
2. Door wie moet er een oordeel worden geveld over dual-use research?
Op 1 november 2013 heeft de KNAW het advies 'Bouwen aan Biosecurity. Beoordelen van dual-use onderzoek' uitgebracht. Het advies benadrukt dat de primaire verantwoordelijkheid voor het omgaan met mogelijke dual-use risico's van onderzoek in de levenswetenschappen ligt bij wetenschappers en partijen in de kennisgemeenschap. Adviezen over mogelijke maatregelen moeten worden onderbouwd met verwijzingen naar de biologische of fysieke eigenschappen van het onderzoeksobject, evenals naar mogelijke maatschappelijke en politieke gevolgen die voorzienbaar zijn. De KNAW adviseert de oprichting van een Adviescommissie Biosecurity die vraagstukken met betrekking tot mogelijke dual-use aspecten van onderzoek kan behandelen. In 2015 heeft de overheid in een kamerbrief een reactie op dit rapport geformuleerd.
Meer informatie:
H5N1 debat
Het H5N1-debat is een voorbeeld waarin de complexiteit van Dual-use aspecten in het wetenschappelijk onderzoek uitvoerig aan het licht kwamen.
In 2012 werden de mogelijke risico's van onderzoek in de levenswetenschappen wereldnieuws toen een Rotterdamse onderzoeksgroep wilde publiceren over mutaties waardoor het influenza A H5N1-virus (vogelgriepvirus) luchtoverdraagbaar werd tussen zoogdieren. De Amerikaanse National Science Advisory Board for Biosecurity adviseerde om het artikel niet volledig te publiceren en informatie die mogelijk misbruikt kon worden voor het opzettelijk ontwikkelen of verspreiden van de betreffende H5N1-varianten weg te laten.
De Nederlandse overheid stelde dat er voor de publicatie van het artikel een exportvergunning moest worden aangevraagd op basis van de Europese Verordening voor export van Dual-use goederen (EG nr. 2021/821 ). Deze verordening vereist dat lidstaten van de Europese Unie een controlesysteem opzetten om de verspreiding van onder andere biologische wapens te voorkomen. In dit geval betrof het de export van kennis en onderzoeksresultaten over het vogelgriepvirus in de vorm van een publicatie. Nadat de vergunning was verleend, verscheen de publicatie in juni 2012 in het wetenschappelijk tijdschrift Science.
De onderzoeksgroep diende vervolgens bij de rechtbank Noord-Holland een beroep in tegen de verplichting om een exportvergunning aan te vragen. Volgens een bijlage van de verordening gelden vergunningsregelingen namelijk niet voor "fundamenteel wetenschappelijk onderzoek" en voor "overdracht van technologie". De rechter oordeelde dat de onderzoeksgroep met het onderzoek had aangetoond dat het mogelijk is om het desbetreffende virus via de lucht overdraagbaar te maken, wat gericht is op het realiseren van een praktisch doel en in verband kan worden gebracht met de verspreiding van biologische wapens. De rechtbank stelde de Nederlandse staat in het gelijk en benadrukte dat het voorkomen van bioterreur belangrijker is dan het delen van kennis over de pathogenese en verspreiding van het virus.
Na deze uitspraak ging de onderzoeksgroep in hoger beroep en heeft het Amsterdamse gerechtshof uitspraak gedaan. De rechter oordeelde dat de belanghebbenden helemaal geen zaak hadden, omdat de onderzoeksgroep al akkoord was gegaan met een exportvergunning voor de publicatie van hun gegevens. Daarom hadden ze achteraf geen grond om de noodzaak en het nut daarvan in twijfel te trekken. Het Amsterdamse gerechtshof heeft zowel de uitspraak van de rechtbank als de uitspraak op bezwaar vernietigd. De rechtbank Noord-Holland had dus in eerste instantie helemaal geen uitspraak moeten doen en kan zich niet uitspreken over de principiële betekenis van mogelijke vergelijkbare toekomstige gevallen.